Met het WK uit zicht, is het toernooi om de World Masters titel dit jaar hét toernooi waar ik me op moet richten. Voor mij is het de afsluiter van het seizoen 2018-2019 en tegelijkertijd het beginpunt van een nieuwe cyclus. Vorig jaar liep ik kwalificatie op de valreep mis, maar dit jaar haalde ik het ruimschoots. Het toernooi werd aangevangen met 256 heren, waarvan de laatste 32 zich zouden kwalificeren voor de tv-wedstrijden later in de week. Dit lukte me, waardoor ik me op kon maken voor mijn eerste wedstrijd op televisie, in de Circus Tavern in Purfleet.

De Civic Hall in Grays is dit jaar het decor van de vloerwedstrijden

Over het verloop van de World Masters (voorheen de Winmau World Masters, tegenwoordig One80 LStyle World Masters) is inmiddels al voldoende gezegd en geschreven. Zelf heb ik ook ondervonden hoe amateuristisch de vloerwedstrijden georganiseerd waren. Er was nauwelijks ruimte om in te gooien en alle wedstrijden werden (omdat er opnieuw geloot moest worden) afzonderlijk afgeroepen, wat behoorlijk irritant is als je staat te spelen. Daarnaast kun je je minder goed voorbereiden, als je voor je gevoel elk moment omgeroepen kunt worden (slecht verstaanbaar) om te moeten spelen. Een derde probleem was dat de vloerwedstrijden gespeeld werden op woensdag en en WK-kwalificatie pas de maandag erna, waardoor we gedwongen waren om de hele week in Engeland te blijven.

Terug naar het darts dan. Met de nodige vertraging trof ik uiteindelijk in de eerste ronde de Japans international Yuichirou Ogawa. Bij het ingooien voor de wedstrijd was ik van hem onder de indruk. Ik zag hem voortdurend combinaties gooien en raken (triple 16, dubbel 12; triple 18, tops, dat soort werk) en wist dus direct dat ik hem geen kansen op finishes mocht geven. Op het moment dat de wedstrijd begon, zakte hij in als een kaartenhuis. Hij scoorde matig en kwam niet toe aan zijn finishes. Zonder al te veel inspanning pak ik de eerste twee sets (het spelsysteem was tijdens de gehele vloerfase best of 5 sets, best of 3 legs). In de derde set komt hij er beter in, krijgt zelfs voor het eerst een kans op een finish, maar gooi ik met checks van 76 en 119 de wedstrijd in het slot.

In de tweede ronde wacht de geplaatste speler in de sheet, Sebastian Steyer. De Pool is als twaalfde ingeschaald en haalde recent de halve finale op de World Trophy. Hij wint het bullen en mag dus beginnen. Dat doet hij goed, ook al merk ik dat minder moeite heb om bij te blijven dan aanvankelijk gevreesd. In de tweede set kom ik goed in mijn spel. De scores zijn goed en de dubbels vallen makkelijk. Ik win deze set met 2-0 en we staan dus weer gelijk. Ik zet door en op 1-1 in de derde set plaats ik een break, waarmee ik op 1 set van de overwinning kom. Het lukt me daarna niet om mijn eigen set te winnen. Steyer wist zijn spel op te krikken en in deze set kon ik niet volgen. In de beslissende set heeft hij dus de darts om de winst binnen te halen. In de eerste leg breek ik hem echter opnieuw en nu lijk ik wel door te drukken. Helaas zijn maarliefst 5 wedstrijdpijlen vanaf 80 niet aan mij besteed. Steyer pakt zijn laatste kans en dwingt een sudden death leg af, die hij zelf mag beginnen. Nu zijn er dagen waarop ik op zo’n moment het koppie laat hangen en die laatste leg weggeef. Vandaag was niet zo’n dag. Met name de triple 19 sleept me door deze leg heen. Na 12 pijlen sta ik op 51. De Pool doet nog een ultieme poging en komt op een (ton plus) finish. Ik raak ditmaal wel direct de 19 en dubbel 16 en sleep tot mijn grote genoegen de partij uit het vuur.

De wedstrijd erna was eigenlijk een beetje een anticlimax. Ik ben nu wat zenuwachtig, omdat ik weet dat mijn tv-debuut binnen handbereik is. Mijn tegenstander wordt de Fin Jukka Laine. Het is mij eerlijk gezegd een raadsel hoe hij erin geslaagd is om van de sterke Australiër Justin Thompson te winnen, want tegen mij gooit hij gewoon echt niet goed. Vreemd genoeg verergert dit mijn zenuwen verder en daardoor wordt onze partij een matige, met hier en daar een uitschieter. De meeste van die uitschieters zijn van mij, dus win ik de eerste twee sets. De derde set geef ik compleet weg, maar in de vierde set ben ik eindelijk bij de les. Zo is het al met al toch een eenvoudige zege en ben ik geplaatst voor de laatste 32, twee dagen later.

Aankondiging van mijn wedstrijd bij de laatste 32

Wordt vervolgd!

Het verplaatste toernooi in Brugge (dat oorspronkelijk in mei gepland stond) zou het laatste evenement voor de WK cut-off zijn. Al wist ik van tevoren dat ik een mirakel nodig zou hebben om dat nog te halen, toch ging ik wel voor een mooi resultaat naar onze zuiderburen. Dat lukte helaas van geen kant.

Hier werd het toernooi in het verleden gespeeld

Het was van begin tot eind niet goed. Het begon al op vrijdagavond bij de koppels met Jitse van der Wal. Na een behoorlijke eerste ronde, gingen we er in de tweede al uit met 3-1. Op zaterdag (mijn 32e verjaardag) kon ik niet spreken van een gelukkige loting, want ik speel tegen de Engelsman Adam Mould (die eerder dit jaar in Luxemburg al de sterkere was). Ik begon beter en kwam in 13 pijlen met 1-0 voor. Ik mis hierna een pijl vanaf 127 om te breken en later nog 2 pijlen om mijn eigen leg te houden. Daarna is het over, want ik verlies met 4-1. Ik heb Mould later nog even verweten mijn verjaardag verpest te hebben, maar vreemd genoeg leek hij daar ongevoelig voor.

Op zondag liggen er mogelijkheden, want de weg naar de laatste 32 lijkt open te liggen. Mijn eerste wedstrijd is tegen de Belg Jeroen Caron. De eerste legs gaan gelijk op, maar met een goed geplaatste break kom ik wel met 3-0 voor. Daarna gaat het mis en ik kan nog altijd niet goed begrijpen hoe. Mogelijk ben ik onbewust iets te makkelijk gaan denken dat het toch wel goed zou komen, of was ik wellicht in mijn hoofd al bezig met een volgende ronde. Hoe dan ook, die laatste pijl wilde er veelvuldig niet in. Met 4-3 zou ik deze wedstrijd nog verliezen, wat mijn rampweekend compleet maakte.

Anoop, Jitse en Brian, bedankt jongens, ik vind ze leuk!

Nu kan ik het hebben over de gezellige avond die we zaterdag hebben gehad (met uiteraard een traditioneel bezoekje aan El Churrasco Argentino), het rondje door het historisch centrum op zoek naar een ijszaak, het befaamde ‘uurtje’ met Anoop en Jitse of de attente verjaardagscadeaus. Hoewel ik daarvan kan genieten en het een voor de rest vervelend weekend toch nog de moeite waard maakt, blijft het gewoon zo dat ik dit weekend niet gepresteerd heb en daar heel erg van baal. Achteraf is het maar goed ook dat ik geen kans op het WK meer had. Als ik toch een slecht weekend had, dan kon het maar beter dit weekend zijn.

Begin september stond er, net als eerder in juni, een toernooiweekend in het Engelse Selsea op de agenda. Eerder dit seizoen wilde het aan de overkant van de plas nog niet zo lukken om een goed resultaat te halen, onder andere in Wales, Engeland en Isle of Man. Dit keer lukte dat wel met een waardevolle plaats bij de laatste 32 op de England Classic.

Het was de eerste keer dat we de overtocht naar Engeland via de kanaaltunnel deden

Presteren in de heimat van het darts is nu eenmaal lastiger dan op het vasteland, omdat het algehele niveau van de spelers gewoon hoger ligt. Daardoor is het moeilijker om de eerste rondes door te komen. Op vrijdag stond er een C-toernooi op het programma. Door wat vertraging op de Engelse wegen kwamen we wat later aan dan gehoopt, dus moesten we een beetje haasten. Desondanks begin ik goed aan het toernooi. De eerste rondes kom ik met solide spel goed door. Bij de laatste 64 tref ik de ervaren Engelsman Ritchie Edhouse. Door de lange reisdag zit ik er op dat moment al behoorlijk doorheen, dus de vrij kansloze uitschakeling komt niet heel hard aan. Edhouse zou later dit jaar nog de laatste 64 van het PDC WK halen, dus het was niet bepaald een schande om van hem te verliezen.

De tweede dag zou de belangrijkste worden, want dat was een A+-toernooi. De eerste twee rondes kom ik wederom goed door. Daarna wacht bij de laatste 128 de als tweede ingeschaalde Richard Veenstra. Eerder dit jaar versloeg ik hem in Luxemburg, maar dat is natuurlijk geen garantie op een goed resultaat. In de eerste leg mist hij twee pijlen op een dubbel en ik profiteer direct door 70 uit te gooien. In mijn leg neemt hij vervolgens een voorsprong, maar met een goed getimede 75 checkout red ik mezelf net op tijd uit de problemen. Daarna gaat zijn niveau omhoog en ik moet alle zeilen bijzetten om in zijn spoor te blijven. Dat lukt goed en beide scoren we zeer sterk in deze fase. Veenstra houdt zijn eigen leg en daarna is mijn leg weer zeer close. Met een 74-finish kom ik op één leg van de overwinning. In de vijfde leg heb ik geen kans om mijn landgenoot te breken en dus staat er veel druk op om het in mijn eigen leg af te maken. Hij zet weg op een dubbel om mij terug te kunnen breken, maar eerst krijg ik zelf nog een kans. De finishes in de zeventig blijken mij goed gezind, want vanaf 78 maak ik het af voor een 4-2 overwinning.

Eigenlijk komt nu pas de echte test; in het verleden kon ik zo’n goede wedstrijd vaak geen vervolg geven. Nu lukt dat wel. Mijn volgende opponent is een mij onbekende, maar goed spelende jonge Engelsman. Ik geef hem geen enkele kans om in de wedstrijd te komen en win met 4-0 voor een plek bij de laatste 32. Daar tref ik voor de tweede keer vandaag een Nederlander: Michael Busscher. Busscher speelt een zeer sterke wedstrijd en ik kom in de meeste legs net tekort. Bij 3-0 probeer ik me nog terug in de wedstrijd te vechten, maar door zijn sterke scores kom ik er in zijn leg niet doorheen. Een terechte 1-4 nederlaag is het gevolg, hoewel het niveau dichter bij elkaar zat dan die uitslag doet vermoeden.

Door het goede weer begin september besloten Jitse van der Wal en ik onze goede resultaten die avond te vieren door een duik in de Engelse zee te nemen. Hoewel het in het begin wat koud was, was het toch lekker verfrissend. Het zal de lezer opluchten dat er geen foto’s van zijn. De dag erna speelden we de koppels, maar daarin lukte het niet om veel indruk te maken. We speelden niet slecht, maar troffen in de tweede ronde een koppel dat beter voor de dag kwam en verdiend van ons won. Het mag de pret niet drukken, want het gevoel van het toernooi de dag ervoor overheerst.

Nadat ik eerder al niet al te voortvarend aan de eindfase van het seizoen begonnen was, leek die trend zich in Frankrijk voort te zetten. Mijn spel werd weliswaar steeds beter, maar de lotingen zaten ook dit weekend niet mee. De ommekeer kwam echter op zondag, toen ik op de Franch Classic voor het eerst in mijn loopbaan een kwartfinale haalde.

De wiskundige in mij kwam boven bij het zien van dit kunstwerk in De Panne

Er lijkt een beetje een patroon in te komen, want ook dit weekend begon niet goed. Niet alleen achter het dartbord in dit geval, maar al tijdens de rit. Bij het straatje keren in België schampte ik een stoeprand. Blijkbaar vindt men het daar normaal om stoepranden te vijlen, want mijn band (die voor de rest compleet in orde en totaal niet versleten was) klapte direct. Een half uur later en 80 euro lichter dan gepland, kwamen we alsnog aan in De Panne, vlakbij de Franse grens. In de koppels speelde ik met Jitse van der Wal en troffen we in de eerste ronde onze reisgenoot Brian Raman, die net als in Zwitserland met Dave Evans speelde. Het resultaat was helaas hetzelfdeze, namelijk een nipte 3-2 nederlaag.

Ik betwijfel of er überhaupt geloot wordt, want ook op zaterdag tref ik Brian Raman in de eerste ronde. Gezien de vorm van Brian de laatste maanden (hij won de Denmark Masters) zou dit een zeer moeilijke wedstrijd worden. Na 3 legs gaat het gelijk op. Ik sta beide keren na 15 pijlen op tops in zijn leg, maar dit bleek niet voldoende en check tussendoor 82 om mijn eigen te houden. In leg vier laat ik me afleiden door een gesprek iets verderop, met enkele mindere beurten als gevolg en daarna houdt Brian opnieuw zijn eigen leg. Daardoor verlies ik met 4-1 en zit ook dit toernooi er al op.

Ook op zondag zit de loting niet mee, want in de eerste ronde tref ik de geplaatste Simon Stainton (waar ik van verloor in Selsey). Met slechts 16 geplaatste spelers hoopte ik dit weekend wat makkelijker door te kunnen stoten naar de laatste 32, bij voorkeur zonder een geplaatste speler tegen te komen (die kans is immers 50-50), maar de laatste tijd zit die coin flip bepaald niet mee. Dus zat er maar een ding op: zo goed mogelijk spelen en die wedstrijd gewoon binnen slepen. Dat lukt uitstekend; ik straf zijn missers af geef scorend voldoende druk om steeds kansen af te dwingen. Op 2-1 plaats ik de beslissende versnelling om met 4-1 te winnen.

Het voordeel van zo’n vervelende loting in de eerste ronde, is dat de weg naar de laatste 16 daarna open ligt. Dat moest ik dan nog wel ‘even’ doen natuurlijk. Daar maakte ik het mezelf nog onnodig moeilijk. Eerst won ik vrij eenvoudig van een Fransman, waarna ik goed weg kwam met een 4-2 overwinning op een Belg, die wisselend speelde maar wel steeds bij bleef. Ik kwam er vervolgens weer steeds beter in en won daarna opnieuw makkelijk van een Fransman. Met een plek bij de laatste 16 was mijn toernooi sowieso geslaagd.

De kers op de taart moest nog komen. Ik zit er al een tijdje tegenaan te hikken; een plek in de kwartfinale. Dat lukt steeds maar (net) niet. Tegen ‘child prodigy’ Leighton Bennettzal dat wederom geen eenvoudige taak worden. In de eerste leg mis ik een paar pijlen, waardoor hij me direct kan breken en in de tweede leg staat hij een behoorlijk eind voor. Met Bennett op een dubbel sta ik nog op 158. Dit zou voor mij het moment van het weekend worden, want die 158 ging uit. Daarna zit ik ook meteen beter in de wedstrijd. De drie legs erna gaan met de darts mee (hoewel ik een kansje mis om 3-1 voor te komen). Op 3-2 geeft de jonge Engelsman me een mogelijkheid vanaf 57 en die laat ik niet onbenut. Met 4-2 pak ik de winst en een plek bij de laatste 8.

De kwartfinale speelde ik tegen de ervaren Belg John Desremeaux. Dit werd een matige wedstrijd en ondanks een vroege voorsprong trek ik de partij niet over de streep. Tot en met 3-3 gaan we gelijk op, maar waar hij scorend een tandje bij kan schakelen, laat ik het daar wat liggen. Uiteindelijk verlies ik met 5-3. Dat neemt niet weg dat ik met een goed gevoel op deze dag terug kan kijken en met vertrouwen de komende toernooien in kan gaan.

Na een aantal weken relatieve rust in deze bloedhete zomer, werd de BDO tour hervat in het laatste weekend van juni. Snel na elkaar stonden er double-headers op het programma in Luxemburg, Antwerpen en Malmö. Helaas is het me niet gelukt om deze serie toernooien tot een goed resultaat te komen. Dat was te wijten aan een vormdipje, lastige lotingen en soms gewoon botte pech. Alleen in Antwerpen ging ik met een paar punten naar huis.

Het was warm in Luxemburg

Weinig succes in Luxemburg

In Luxemburg klonk het startsein voor de traditionele eindsprint van de ranking. Eind augustus is de cut-off voor de World Masters (die ik dit jaar wel ga halen, in tegenstelling tot vorig jaar) en een maand later voor het WK. Voor organisatoren is het natuurlijk interessant om hun toernooi in deze maanden te plannen, om zoveel mogelijk deelnemers te trekken die de punten goed kunnen gebruiken en daarom zijn augustus en september misschien wel de drukste maanden van het jaar.

Na een mislukt koppeltoernooi (tweede ronde) zat de loting op zaterdag niet mee. In de eerste ronde zou ik aantreden tegen Richard Veenstra, als eerste geplaatst. Het werd geen hoogstaande wedstrijd en we wisten beiden niet los te komen. Met de nodige moeite houd ik mezelf in het begin in de wedstrijd. Op 2-2 gooi ik net op tijd 180 om de ruimte te krijgen om mijn leg te houden en wanneer Veenstra de leg erna een paar foutjes maakt, kan ik de wedstrijd met 4-2 binnen halen. Zo’n overwinning is uiteraard mooi, maar weinig waard als je de wedstrijd erna niet weet te winnen. Dat is helaas wat er gebeurde. Jason Marriot speelt goed, ik nog steeds niet en met 0-4 verlies ik ruim. De dag erna gaat het nog niet veel beter. De eerste ronde kom ik makkelijk door, maar daarna verlies ik met 4-1 van Adam Mould. Mould speelt erg goed; de enige leg die ik kon winnen ging in 12 darts. Ik blijf wel steeds bij, maar hij maakt geen fouten. Zo wordt het een weekend om snel te vergeten.

Herstel in Antwerpen

Twee weken later reis ik af naar Antwerpen, op zoek naar sportieve revanche. Aan de vooravond van het toernooi kreeg ik een positief bericht; op de zaterdag zou ik geplaatst zijn. Dan hoop je de eerste paar rondes gemakkelijk door te komen, maar niets was minder waar. Ik werd gekoppeld aan de ervaren Dennis Smith (bekend om zijn unieke manier van gooien). Het werd een goede wedstrijd en scorend ben ik hem de baas. De dubbels werken echter niet mee, waardoor hij net zijn eigen legs kan houden. Wanneer ik bij een 2-1 achterstand één slechte score noteer, reageert hij met 180 en loopt uit. Ik breek nog terug naar 3-2 en sta in de zevende leg na 12 pijlen op 24. Drie volledige beurten, met de nodige pijlen op het ijzer, zijn onvoldoende voor mij om een zevende leg af te dwingen.

De volgende dag speel ik eigenlijk een stuk minder goed, maar weet ik wel vaker op de juiste momenten de finishes te raken. Ik ben nu niet geplaatst en zal in de tweede ronde, na een moeizame winst in de eerste ronde, langs Gino Vos moeten. Het was een goede partij, met de nodige ups en downs. Ik blijf scorend steeds de druk op hem houden en pak mijn kansen wanneer die zich aandienen. Op 3-3 steek ik hem voorbij door twee ton-plus scores. Op dubbel 8 win ik de partij. Nu geldt hetzelfde als twee weken eerder na de wedstrijd tegen Veenstra: om iets aan deze overwinning te hebben, zal ik de volgende partij ook moeten winnen. Ik speel tegen een Belg die prima kan gooien, maar waar ik normaal gesproken van moet winnen. Alle legs gaan gelijk op, maar in bijna elke leg gooi ik net een triple meer. Zodoende kan ik met 4-1 winnen om de laatste 32 te bereiken. Die wedstrijd zal ik terecht verliezen van Gary Stone (een dag eerder nog finalist) met 4-1. Ik moet het vandaag vooral van mijn vechtlust hebben, maar Stone haalt een niveau waar ik op dit moment niet heel veel tegenin te brengen heb.

Ongelukkig in Zweden

Mijn ster scheen dit weekend niet

Wanneer ik een week later naar Malmö afreis voor het Open Zweden (waar vreemd genoeg een A- en een D-toernooi gespeeld wordt), heb ik de verwachting hier goede zaken te kunnen doen. Vooral op het A-toernooi is het met een goede loting mogelijk om relatief eenvoudig punten op te pikken. Helaas was het lot mij niet dermate gunstig gezind. Op vrijdagavond liepen de koppels (met Jeffrey de Graaf) nog wel lekker, met een onnodige uitschakeling bij de laatste 16. Op zaterdag trof ik bij de laatste 128 al Gary Robson (6). Ik begin beter, maar laat na om hem direct op achterstand te zetten. Hierdoor blijven we de hele wedstrijd aan elkaar gewaagd. Op 3-2 kan ik het verschil wederom niet maken en op 3-3 speel ik net niet goed genoeg om het hem echt lastig te maken. Zondag wist ik van tevoren dat het moeilijk zou worden om met punten naar huis te gaan, want een plek bij de laatste 16 is daarvoor noodzakelijk op een D-toernooi. In de eerste ronde loot ik Darryll Fitton. In een spannende wedstrijd halen we allebei zo nu en dan echt een hoog niveau. Met een 74-finish pak ik op 3-2 de break en meteen de wedstrijd. Daarna maak ik de fout iets te lang na te genieten en me niet optimaal voor te bereiden op de wedstrijd tegen Brian Lokken uit Denemarken. Hij speelt erg sterk en ik ben vooral gefrustreerd met mezelf bezig (een fout die ik de laatste tijd gelukkig zelden meer maak). Hij wint 4-0 en ik ben klaar voor het weekend.

Zo werd het begin van de laatste fase van het rankingseizoen niet wat ik ervan hoopte. In het begin kon ik dat vooral mijzelf verwijten, maar later werd mijn spel echt beter en had ik soms gewoon pech. Het volgende toernooi is het Open Frankrijk en daar zal ik goed spel aan resultaat willen koppelen.

Het blijft mooi om de roots van een grootheid te bezoeken

Een halve week na het toernooi in Zwitserland reizen we alweer af naar Selsey in het zuiden van Engeland. De reis was onrustig. Eerst misten we bijna onze vlucht, dankzij het extreem trage inchecken van bagage bij EasyJet. Ik geloof niet dat ik de laatste jaren zo hard gerend heb en de eerste minuten in het vliegtuig was ik vooral bezig mijn longen eruit te hoesten.

Eenmaal in het vliegtuig hadden we vervolgens alsnog bijna een half uur vertraging. Op het vliegveld van Londen Gatwick was het vervolgens niet eenvoudig om een taxi te vinden die ons ruim een uur naar Selsey wilde rijden, maar via Uber lukte het gelukkig toch.

Er stond een behoorlijke rij bij de ingooiborden

Dus na wat voelde als een wereldreis, werd die avond het England National Singles gespeeld. Zoals altijd in Engeland, is er geen sprake van een eenvoudige loting. In de eerste ronde speelde ik tegen een Welshman met een Portugese naam. Hij speelt uitstekend, maar dat doe ik ook. Op 2-1 plaats ik een beslissende break en daarna trek ik met 4-1 de wedstrijd binnen. In de tweede ronde tref ik Jason Lovett. Lovett heeft veel ervaring op de PDC Challenge en Pro Tour, dus dit zou ook een lastige pot worden. Ik speel ook nu weer zeer goed. Scorend is het zeer solide en kleine foutjes straf ik af. Opnieuw win ik met 4-1. De ronde erna speel ik tegen een mij onbekende Engelsman. Ik houd mijn niveau vast en hij komt er eigenlijk niet aan te pas: 4-0.

Zo sta ik een tikkeltje onverwacht bij de laatste 64. Helaas is het een B-toernooi, dus is dat nog onvoldoende voor punten. Daarvoor moet ik eerst af zien te rekenen met de als eerste geplaatste Richard Veenstra. Dat zou helaas mislukken. Ik kom nog wel met 1-0 voor, maar daarna gaat het zijn kant op. Hij scoort simpelweg te goed om mij kansen te gunnen om echt in de wedstrijd te komen. Jammer, maar het is niet anders.

Mijn verloren gewaande tweelingbroer

Op zaterdag werd het England Open gehouden. Voor mijn gevoel ben ik de hele dag in de toernooizaal geweest en toch heb ik maar twee wedstrijden gespeeld. Een schema van 1024 man spelen zonder wedstrijdbriefjes werkt nu eenmaal niet, maar dat hebben ze in Engeland nog steeds niet door. Met zeven spelers aan een bord ingooien is geen uitzondering. Ik ben voorbereid en sta al vroeg in de zaal in te gooien. Ik ben wat nerveus tijdens de eerste ronde, maar met het nodige kunst- en vliegwerk win ik met 4-3. Daarna is het werkelijk uren wachten tot mijn volgende partij, tegen de als 31e geplaatste Simon Stainton. De 4-0 nederlaag doet niet helemaal recht aan de verhoudingen. In de eerste drie legs krijg ik steeds twee pijlen op tops om de leg te pakken. Ze vallen allemaal net aan de verkeerde kant van het ijzer en dus volgt er een zure nederlaag.

Nu is het tijd voor een klein beetje rust. De komende weken staat er niets op het programma. Eind juli begint de eindsprint richting de Lakeside cut-off met het Open Luxemburg. Ik zal in de tussentijd het nodige werk moeten verzetten om de vorm van deze lente terug te halen.

Begin juni staan er nog twee toernooien op de agenda, te beginnen met het Open Zwitserland. Met het oog op de West-Europese ranking was het de bedoeling om goede resultaten te halen. Hoewel ik met een handje vol punten naar huis ging, bleef een écht goede prestatie uit. Het lukte me ook niet om de goede vorm van een paar maanden geleden te benaderen.

De spelers die bij de laatste 32 verloren op het Swiss Open

Na een lange rit begonnen we (Anoop Ramdajal en ik) in Zwitserland aan de koppels. Na eerst een goede overwinning op de Duitser Rupert Frauendienst, wonnen we daarna van een onbekend koppel. Bij de laatste 16 speelden we tegen Brian Raman (waarmee we samen reisden dit weekend) en Dave Evans. We waren deze wedstrijd de mindere, maar met finishes van 126 en 98 hield ik ons in de wedstrijd. In de laatste leg kreeg ik een kans vanaf 150 om de kroon op het werk te zetten, maar helaas ging de dubbel 15 er (ruim) naast. Raman en Evans maakten het vervolgens af en wonnen daarna ook het toernooi.

Op de meeste toernooien op de tour wordt tegenwoordig in de vroege rondes best of 7 legs gespeeld, maar op het Swiss Open hadden ze iets anders bedacht: best of 3 sets, best of 3 legs. Na de eerste ronde vrijgeloot te zijn, kwam ik de tweede ronde gemakkelijk door. In de derde ronde speelde ik tegen een (hoorde ik later) Zwitsers international. De man speelde goed, maar had elke leg wel een mindere beurt waar ik van kon profiteren. Zodoende kon ik beide sets winnen. Daarna was er een lastige wedstrijd tegen Vitor Charrua, een van de beste spelers van IJsland. Ik mocht de eerste set beginnen en na mijn eigen leg gehouden te hebben, lukte het ook om die van hem af te pakken. De tweede set begint Charrua, maar met een 127 finish breek ik hem wederom. De leg erna begin ik met twee keer 180 en daarmee lijkt de buit wel binnen. Ik mis nog een paar dubbels, waardoor ik de winst uiteindelijk op dubbel 5 binnenhaal.

Daarmee heb ik mijn sheet gewonnen en wacht bij de laatste 32 Michael Unterbuchner. De Duitser was als eerste geplaatst, maar zijn vorm de laatste tijd is niet geweldig. Toch heeft hij in redelijk korte tijd een behoorlijke erelijst opgebouwd, met onder andere een finale op de World Trophy, een halve finale op Lakeside en een kwartfinale op de Grand Slam. Ik begin goed en win mijn eigen leg. Daarna volgen er twee min of meer gelijke legs, die de besilssing van de wedstrijd zouden betekenen. Eerst krijg ik op zijn leg een kans vanaf 80, maar ik mis een pijl op tops. In mijn eigen leg erna, kom ik op 68, ongeveer een zelfde finish als de leg ervoor. Ook nu krijg ik een pijl en ook nu mis ik. De Duitser pakt mijn set en geeft de voorsprong niet meer weg. In de tweede set gaat hij beter scoren en kan ik geen vuist meer maken. Zo eindigt het Swiss Open bij de laatste 32, met toch 4 punten.

De dag erna verliep chaotisch. Het begon ermee dat ik niet op de loting stond. Gelukkig was ik niet de enige en dus moest de complete loting opnieuw gedaan worden. Daarna moest ik ineens om 10 uur al spelen, waar ik niet op voorbereid was. Gelukkig was het geen moeilijke wedstrijd, dus kon ik hem rustig als opwarmertje gebruiken. Ook daarna kreeg ik nog een makkelijke wedstrijd, maar het lukt me vandaag niet om goed in vorm te komen. Bij de laatste 64 tref ik de Belg Jeffrey van Egdom, als zevende geplaatst. Vorig jaar in Antwerpen won ik nog van hem, maar ditmaal zou het helaas niet zo gaan. We spelen allebei niet goed, maar ik maak de meeste fouten. Op 1-1 verzuim ik te breken. Daarna gooi ik nog een 12-darter om gelijk te maken, maar even later loopt het toch fout af. Ik mis een hand vol pijlen om 3-3 (vandaag wel ‘gewoon’ best of 7 legs) te maken via dubbel 19 en uiteindelijk profiteert Van Egdom. Een dag om snel te vergeten.

Waar het op het Europese vasteland de laatste toernooien allemaal prima verloopt, wil het aan de overkant van de plas nog niet zo lukken. Op het Isle of Man speelde ik weliswaar goed, maar was dat te weinig om tot resultaten te komen. Het algehele niveau is gewoon hoger in het Verenigd Koninkrijk en dus is het nog lastiger om door de toernooien heen te komen. In Wales slaagde ik er dan ook niet in om een goede prestatie neer te zetten. Eigenlijk ben ik het hele weekend nauwelijks in mijn spel gekomen en dat leidde tot vroege uitschakelingen op vrijdag en zondag. Een lichtpuntje was de kwartfinale in het koppeltoernooi, maar dat was te weinig om echt positief terug te kunnen kijken.

Het toernooi werd gehouden op een vakantiepark in het noorden van Wales en grof gezegd was alles daar gewoon kut: de appartementen zijn denk ik in de jaren ’40 voor het laatst onderhouden, warm water hadden we niet (ook al hadden we een elektriciteitskaartje, ook zoiets idioots), bedlinnen was niet goed en kwam steeds los, gedoe met polsbandjes voor het eten (waar we toch echt voor betaald hadden), vies ontbijt, halfrauwe kip bij het avondeten (gezellig een nachtje op het toilet doorgebracht), nauwelijks ingooiruimte en borden die zo dicht op elkaar staan dat je in sommige delen van de zaal niet eens mocht komen, behalve als je aan een van de borden moest spelen. De toernooileiding was wel prima trouwens, in tegenstelling tot het Isle of Man eerder.

Hoewel de dubbele regenboog anders doet vermoeden, was het verre van een paradijs

Wat wel leuk was, was het gezelschap. Ik was voor het eerst een weekend weg met Anoop Ramdajal, Santino Broer en Jitse van der Wal en dat klikte prima. Ook met mijn koppelmaat Michael Busscher ging de samenwerking goed, wat toch prettig is als je de eerste keer samenspeelt. Het toernooi was wel raar ingedeeld, met een singletoernooi op vrijdag overdag, het koppeltoernooi vrijdagavond, niets op zaterdag (kennelijk waren er lokale countywedstrijden) en dan weer een singletoernooi en de finalewedstrijden op zondag. Het zorge er wel voor dat we op vrijdagavond gebruik konden maken van de feestavond, wat een topavond werd.

Welnu, het darten dan, want daar kwam ik voor. Voor een avond uit had ik immers ook dichter bij huis kunnen blijven en mijn vrienden die ik veel te weinig zie kunnen bellen. De vorm op vrijdagochtend was niet goed. Ik had heel veel moeite om de triples te vinden en kon daardoor niet constant een goed niveau halen. In de eerste wedstrijd had ik nog het geluk dat ook de tegenstander niet al te best was. Dat werd alsnog een gemakkelijke overwinning. Daarna tegen voormalig Lakeside-finalist Dean Winstanley was het snel afgelopen. Ook hij speelde trouwens verre van goed, maar hij bleef me drie keer net voor en won zo alle legs. Jammer, want als ik in goeden doen was geweest had ik best kunnen winnen.

Die avond in het koppeltoernooi ging het beter. Er werd gespeeld in het behoorlijk bizarre format van 601, best of 3. De eerste paar ronden kwamen we zonder kleerscheuren door. We hadden weleens een laatste leg nodig, maar die werd dan nooit echt spannend. Bij de laatste 64 werd het moeilijker. Na een 1-0 voorsprong verzuimden we de partij in het slot te gooien, met als gevolg dat we in de laatste leg met geluk overeind bleven. Maarliefst vijf matchdarts werden door onze opponenten gemist, waarna we alsnog aan het langste eind trokken. De rond erna troffen we twee spelers die daarvoor hun beste wedstrijd al gespeeld hadden. Tegen ons waren ze een stuk minder. In de eerste leg zorg ik voor een hoogtepuntje door 170 uit te gooien en in de tweede leg maken we het direct af. In de kwartfinale treffen we Wesley Harms en Richard Veenstra. Zij scoren beter dan wij, maar in de eerste leg gooit Michael 90 uit om hem toch binnen te trekken. In de tweede leg herhaalt hij dat kunststukje bijna, ditmaal vanaf 155. De dubbel 19 gaat er echter net onder. Hierna laten de voormalig WDF koppels wereldkampioenen ons er niet meer in en we verliezen met 2-1. Desondanks kunnen we met een kwartfinaleplaats spreken van een geslaagd debuut.

Op zondag moet het dan gebeuren, wanneer het hoofdtoernooi (A+ voor de ranking) begint. Wederom begin ik moeizaam, maar zo langzamerhand begin ik toch beter te spelen. De eerste twee wedstrijden kom ik makkelijk door. Vervolgens tref ik een Ier, die behoorlijk goed was. Mijn eerste twee legs zijn nu uitstekend, met een 2-0 voorsprong als resultaat. In de derde leg maken we allebei veel fouten op de dubbels. Ik was uiteindelijk de gelukkige die dubbel 1 raakte en daarmee komt er ook direct een eind aan de partij. Dan sta ik inmiddels bij de laatste 128 en ben ik nog een overwinning verwijderd van 7 punten. Ik speel tegen een Schot, Craig Owens. Ik kende hem niet, maar hij zal me nog wel even bijblijven. De man speelde werkelijk briljant. De eerste leg pak ik nog met een 15-darter (72 checkout), maar daarna is er geen houden meer aan. Hij gooit eerst een 14 darter, breekt me daarna in 13 (ik stond na 15 op 24) en maakt het af met een 12-darter met 152 finish. Ik kan mezelf niet echt iets verwijten, maar de nederlaag in deze fase van het toernooi is wel teleurstellend.

Daarna restte niets anders dan een vroege tocht naar huis op maandagochtend en mezelf klaarmaken voor het volgende toernooi, het Open Zwitserland van begin juni.

Een aantal maanden geleden ben ik in een flow gekomen (beginnend in Slowakije), waarin het me steeds vaker lukt om goed spel te koppelen aan resultaten. Na punten gehaald te hebben in West-Friesland en Duitsland, lukte dat me nu ook op beide toernooien in Denemarken. Op zaterdag verloor ik ongelukkig bij de laatste 64 en op zondag volgde er een plek bij de laatste 32.

De hoofdzaal van het Open Denemarken

Jaren geleden (2013), was ik al eens naar het Open Denemarken geweest en sindsdien is er behoorlijk wat progressie gemaakt in de opzet van het toernooi. Destijds was het een beetje een rommeltje, maar nu was alles prima opgezet. Het schrijven op een krijtbord was weliswaar wat primitief, maar het werkt nog altijd beter dan met vellen papier die je na elke leg af moet scheuren. Nadat we op vrijdagavond het opwarmkoppeltoernooi hadden gemist (welk toernooi begint er nou om 6 uur?), kon ik op zaterdag aan de bak op het eerst singletoernooi van het weekend. Ik begon tegen een Deen, Rene Hansen en dat was een eerste ronde zoals ik ze graag heb; redelijk eenvoudig, met de mogelijkheid om te wennen aan de omstandigheden. Mijn spel was nog wisselend, maar de wedstrijd werd gewoon met 4-0 gewonnen. Een uurtje later, tegen de Zweed Göran Eriksson (nee, niet Sven-Göran Eriksson), was de tegenstand al feller. Anders dan de 4-1 overwinning doet vermoeden, zat het dicht bijelkaar. Finishes maakten het verschil. Op 1-1 lijkt de Zweed een kans te gaan krijgen om te breken, maar check ik 96. Een leg later is het precies andersom, met het verschil dat hij een pijltje mist en ik wel direct breek. Daarna kon ik het uitspelen.

De ronde erna (laatste 64) speel ik tegen de geplaatste Engelsman John Scott. Scott is aan atypische Engelse darter, in de zin dat hij zijn punten voornamelijk verzamelt op het Europese vasteland. Daar had hij ook zijn plaatsing aan te danken. Hij mag beginnen en de eerste drie legs gaan gelijk op. Er is alleen een klein probleem; ik heb in mijn eigen leg twee pijlen op een dubbel gemist en dus sta ik plots met 3-0 achter. Ik geef niet op en via een 12 darter (139 checkout) en daarna finishes van 93 en 76 vecht ik me helemaal terug de wedstrijd in. In de laatste leg neem ik het voortouw. Vanaf 158 zet ik weg op 60 en dat lijkt voldoende om een kans te krijgen om de comeback compleet te maken. Hij tovert op dat moment echter een 153 finish uit de hoge hoed. Hoewel ik er van baal, kan ik natuurlijk niets dan respect hebben voor zo’n enorme finish op zo’n moment. Eigenlijk ben ik ook best wel tevreden over mijn eigen spel en nadat ik de laatste weken zo nu en dan een gelukje had, viel het nu net even de verkeerde kant op.

Op naar de zondag. Hier had ik van tevoren minder vertrouwen in, omdat ik al direct moest aantreden tegen regerend Winmau World Master Adam Smith-Neale. De jonge Engelsman is met name scorend zeer sterk, dus daar zou ik een antwoord op moeten hebben. Hij staat al snel op een dubbel, maar met een 88 finish pak ik toch de leg. Daarna gooit hij een matige leg, waardoor ik relatief eenvoudig de tweede kan pakken. Als ik vervolgens ook de derde leg pak, lijkt er geen vuiltje aan de lucht. Uiteraard is dat te kort door de bocht, want Smith-Neale blijft een geweldige speler. Dat laat hij in de legs erna ook zien. Hij houdt eerst zijn eigen leg en breekt mij daarna om het gat terug naar een leg te brengen. Hierna laat hij echter weer steekjes vallen en pak ik alsnog de wedstrijd met 4-2.

De rest van de dag gaat mijn spel helaas eerder achteruit dan vooruit, maar op vechtlust kom ik nog een heel eind. De Deen Carl Henrik Hansen speelt een stuk minder goed dan ik, maar hij houdt zichzelf steeds knap in de wedstrijd. Hij is alleen goed in zijn eigen legs en daarin blijft hij me steeds net voor. Gelukkig mag ik beginnen op 3-3 en met een 80 finish behoud ik deze laatste leg vrij gemakkelijk. Daarna tref ik met Ivan Springborg Poulsen wederom een Deen. Deze gooit een stuk beter dan zijn voorganger en ook nu moet ik alle zeilen bijzetten om de wedstrijd in mijn voordeel te beslissen. Mijn eigen legs verlopen prima en een break op 2-1 blijkt genoeg om de beslissing te plaatsen. Met 4-2 gaat de wedstrijd mijn kant op.

De ranking na het Open Denemarken

Hierna verval ik in dezelfde fout als eerder in Duitsland, want bij de laatste 32 tegen Wouter Vaes raak ik niets meer. Het is moeilijk om er precies een vinger achter te krijgen. Is het vermoeidheid, een drankje te veel, te weinig ingooien? In dit geval was het ook lastig om ineens in een andere hal te spelen. Dat zal meegespeeld hebben, want ook Vaes had er last van. Dat laatste was nog het meest frustrerende, want als ik gewoon goed had gespeeld, had ik zeker kunnen winnen. Goed, ‘als’ telt niet in de sport en dus stond er aan het eind van de matige partij een 1-4 nederlaag op het bord. Toch heb ik dit weekend weer 17 punten kunnen bijschrijven, waarmee ik weer wat plekken stijg op de wereldranglijst. Al met al begint het nu echt wel ergens op te lijken.

Na een paar weken relatieve rust, ging de tour voor mij verder met een bezoek aan Duitsland. Daar wilde het de afgelopen jaren niet echt vlotten, maar ik slaagde erin daar verandering in te brengen. Ik speelde alleen het A-toernooi op zaterdag en haalde daar de laatste 32, na een mooie overwinning op Jim Williams.

Mijn reactie na het bereiken van de laatste 32, met achter mij Jim Williams.
Foto van Dartfreakz.nl

Gelukkig had ik een vrijloting in de eerste ronde, zodat ik niet al te vroeg in de auto hoefde te zitten, maar ‘pas’ om kwart over zeven. Ik begon tegen een Engelsman, David Wilson. Ik kende hem niet, maar hij kon behoorlijk darten. Erg constant was hij alleen niet, dus zonder al te veel problemen kon ik hem met 4-1 aan de kant zetten. De ronde erna speelde ik tegen een Duitser, Christian Wilkes. Ik had zijn wedstrijd hiervoor geschreven en de man had wel indruk op me gemaakt. Mijn vorm blijkt echter prima en met zeer solide spel zet ik hem met 4-1 opzij. Dan sta ik alweer in de sheet finale, waar met Patrick Goedhart een Nederlander wacht. Die had zijn kruit in eerdere rondes reeds verschoten en dit werd nooit echt een wedstrijd: 4-0.

Het is altijd wel lekker om te weten dat je in ieder geval niet voor niets afgereisd bent, want op dat moment was er sowieso een handvol punten binnen. Eenmaal zover wil je dan natuurlijk wel altijd meer. Dat zou lastig worden, want de als derde geplaatste Welshman Jim Williams zou mijn tegenstander worden. Williams is in staat om veel beurten met minstens twee triples te gooien, maar wil ook nog weleens een aantal beurten zonder triple gooien. Voor mij zou het daarom zaak zijn om scorend bij te blijven en te profiteren van die enkele mindere scores. Dat plan slaagde, want we bleven de hele tijd dicht bijelkaar. In de eerste leg lukt het me direct om Williams te breken. Helaas kan ik hem niet verzilveren, want door twee missers op dubbel 10, kan de Welshman gelijk maken. Daarna gaan er vier legs met de darts mee. Williams is iets beter, want hij houdt zijn legs makkelijker dan ik de mijne. Toch blijf ik eraan hangen. De laatste leg kan beide kanten op. We staan na 12 pijlen op 62 en 76 en hij mag eerst. Ik dacht als hij mist, dan pak ik hem. Hij krijgt een pijl voor dubbel 16 en mist inderdaad. Ik krijg een pijl voor dubbel 18 en die valt er wel in en zodoende boek ik een van de mooiste overwinningen uit mijn loopbaan.

Een van mijn aandachtspunten voor dit seizoen was het kunnen spelen van meerdere goede wedstrijden achter elkaar. Waar dat recent op het West-Fries Open heel redelijk ging, liep dat vandaag totaal anders. De koek was op en niet zo’n beetje ook. Bij de laatste 32 speel ik tegen Nieuw-Zeelander Cody Harris mijn met afstand slechtste wedstrijd van de dag. Hij speelt overigens uitstekend, dus ook op mijn best had ik kunnen verliezen. Toch houd ik op deze manier toch een lichte zure smaak over aan de dag.

Die avond trouwt een van mijn beste vrienden (nogmaals gefeliciteerd Tom en Rianne) en mede daarom besluit ik het B-toernooi op zondag over te slaan, aangezien een zo’n dag al vermoeiend genoeg was.