Begin augustus was het tijd om voor de derde keer dit jaar af te reizen naar Milton Keynes voor een weekend van Challenge Tour toernooien. Waar ik de eerste twee keren zo nu en dan goede resultaten wist te boeken, bleef het dit keer bij een succesje op de laatste speeldag.

Het eerste toernooi begon met een relatief makkelijke overwinning op Engelsman David Farmer. Daarna ging het echter mis tegen de jonge Jack Main. Hoewel ik op voorsprong kom, is de Engelsman met een goede eindsprint toch nipt te sterk. ’s Middags is het toernooi ook te snel voorbij. In een wedstrijd met de nodige gemist kansen, verlies ik met 5-2 van Ashley Coleman.

Ik heb dan nog drie kansen op een goed resultaat dit weekend. Mijn spel is niet slecht, maar het lukt me niet om wedstrijden over de streep te trekken dit weekend. Helaas zou dat ook op de tweede dag het geval zijn. Tegen Jim McEwan gooi ik 87 gemiddeld, maar lukt het me niet om voldoende druk te zetten om echte kansen op de overwinning te krijgen. Later op de dag volgt mijn enige echt slechte wedstrijd van het weekend. Tegen de Schot Nelson valt er werkelijk niets mijn kant op. Met een matig gemiddelde van 75 verlies ik deze wedstrijd onnodig met 5-2.

De laatste kans om toch nog wat van het weekend te maken pak ik gelukkig. Met een gemiddelde van dik in de 90 win ik met 5-0 van de Duitser Keine. Daarna volgt een 5-1 overwinning op de bekende speler Prakesh Jiwa. De statistieken van deze wedstrijd zijn behoorlijk matig, maar doen niet helemaal recht aan hoe close de eerste paar legs waren. De dag eindigt tegen een geweldige Stefan Bellmont, die twee 12-darters en een 13-darter noteert. Ik gooi niet eens slecht (ook al suggereert mijn gemiddelde iets anders), maar had veel pijlen op het ijzer van de triples.

Zo eindigt het weekend een beetje positief, maar al met al is het te weinig om echt van een succes te kunnen spreken. Over twee maanden is er een herkansing in Wigan.

Nu de WDF het stokje van de ter ziele gegane BDO steeds meer overneemt, stond eindelijk de volgende (of eerste, het is maar hoe je het ziet) editie van de World Masters op het programma. Ik bewaarde uiteraard geweldige herinneringen aan de laatste editie, in 2019 in de Circus Tavern. Er is veel veranderd sinds die tijd.

Om te beginnen wordt het toernooi ditmaal afgewerkt in De Bonte Wever in Assen, waar ook de Dutch Open gespeeld wordt. Daarnaast wordt er nu begonnen in poules van vier of vijf spelers, waarvan de beste twee zich kwalificeren voor de knock-out fase, een dag later. Vanaf die KO-fase kwalificeren de laatste acht zich voor de finaledag op tv.

De poulefase begon ik met een tegenvaller. In een spannende wedstrijd tegen de jonge Catalaan Kilian Perales, kom ik onnodig met 3-1 achter. Ik vecht me terug tot 3-3, maar mis enkele wedstrijdpijlen en zie tot mijn grote frustratie mijn tegenstander wel uitgooien. Ik zal hierna dus zo snel mogelijk wedstrijden moeten gaan winnen.

Dat lukt daarna maar moeizaam. Steven Bradley had zijn eerste wedstrijd gewonnen, maar met matig spel tegen de minste tegenstander in de groep. Ik hoop dus op een ruime overwinning, zeker met ook Shaun Griffiths nog in de groep. Bradley blijkt echter warm en is een taaie klant. Ik win uiteindelijk met 4-3, met mijn tegenstander wachtend op 24.

De spanning in de groep loopt op, zeker nadat Griffiths wedstrijden blijft verliezen en Bradley van Perales wint. Ik doe wat ik moet doen tegen de Amerikaan Jacob Demers. Alles hangt af van mijn laatste wedstrijd, tegen Griffiths. De Engelsman is op dat moment al uitgeschakeld, maar dat lijkt hem eerder te bevrijden dan af te remmen. Ik heb een zo ruim mogelijke overwinning nodig. De eerste leg gaat echter naar Shaun. Ik kom hierna sterk terug, met solide legs. Nadat Shaun pijlen mis om met 2-1 voor te komen, kan ik hem definitief aan de kant zetten. Met 4-1 win ik deze wedstrijd. Achteraf bleek ik nog 1 leg speling gehad te hebben, ook met 4-2 was ik door geweest, maar 4-3 was fataal geworden.

De dag erna begint de knock-out fase. Met Jordan Brooks heb ik een lastige, maar niet onmogelijke horde te nemen. Het werd een goede, spannende wedstrijd, die beide kanten op had kunnen vallen. Tegen het einde van de wedstrijd nam ik de overhand, maar Brooks bleef me maar in mijn nek hijgen. In de laatste leg schud ik hem dan toch van me af, door in 4 pijlen 164 weg te poetsen.

Daarna is er een hernieuwde kennismaking met Andreas Harrysson.Op weg naar mijn eerste kwartfinale op de Challenge Tour won ik met het nodige geluk van hem en hij wist dat klaarblijkelijk nog. De Zweed was uit op revanche. Het zou mijn beste wedstrijd van het weekend worden. De eerste legs worden nog gedeeld, maar daarna ben ik uit in 15, 14 en 14 pijlen, om het verschil te maken. Harrysson vecht zich terug met twee 15-darters (nadat ik een match dart op 117 mis), maar de leg erna sleep ik de overwinning binnen. Met een gemiddelde van ruim 92 (dat in de laatste leg nog flink gezakt is), zit ik er nu uitstekend in.

Waar een plek bij de laatste 32 bij de vorige editie nog voldoende was voor het bereiken van de tv-finals, moet ik nu nog twee rondes doorkomen. Alexander Merkx is echter in topvorm en voor mij komt deze wedstrijd misschien net iets te vroeg. Ik weet mijn hoge niveau niet meer vast te houden. Ik kom nog wel met 1-0 voor, maar daarna is er al snel geen houden meer aan. Mijn landgenoot scoort simpelweg te goed en ik kan niet meer aanhaken. Met 5-1 wint hij deze wedstrijd dik verdiend.

 

De dag erna wordt nog het World Open gespeeld. Hier kan ik vrij kort over zijn. Ik lootte met Youri Brouwer niet gelukkig en ik kwam ook geen moment lekker in de wedstrijd. Op wilskracht sleep ik er nog een beslissende leg uit, waarin ik een matchdart mis, maar uiteindelijk wel terecht verlies.

Op maandag is er de kwalificatie voor Lakeside. Een ontzettend moeilijk toernooi om door te komen. Met name mijn scores gaan vandaag uitstekend, waardoor ik me hier en daar een misser op de dubbels kan veroorloven. In de eerste ronde win ik van Enrique Mora, die ik nog bijna terug laat komen van een 3-0 achterstand. De wedstrijd erna begin ik uitstekend tegen Gareth Chambers, die ik eerlijk gezegd nog nooit zo matig heb zien gooien. Ook hem laat ik nog bijna terugkomen, maar ook dit keer ben ik net op tijd weer bij de les.

De Canadees John Norman Junior zou helaas mijn eindstation betekenen. Met name de vierde leg, waarin ik 3 pijlen mis om met 3-1 voor te komen, is hier debet aan. De luidruchtige Canadees gooit een paar keer een knappe finish om legs voor mijn neus weg te kapen. Ook deze wedstrijd had beide kanten op kunnen gaan, maar deze keer vind ik het geluk niet aan mijn zijde. Geen Lakeside 2023 voor mij dus, hoewel ik kan terugkijken op een uitstekend weekend. Volgende maand is Q-School en dan wil ik op mijn best zijn.

November is vaak een drukke maand. Na het Open Tsjechië vorige week, was het nu tijd om naar Bologna af te reizen voor het Italian Open en de Italian Grand Masters. De Grand Masters werd een grote teleurstelling, maar een plek bij de laatste 16 tijdens het Italian Open maakte veel goed.

Nadat ik vrijdagavond pas laat in het spelershotel was aangekomen, hoopte ik op een beetje een gunstige loting en vooral speeltijd op zaterdagochtend. Een wedstrijdje rustig in het toernooi groeien, zou precies zijn wat ik nodig had. Daar was helaas geen sprake van, want ik tref de hooggeplaatste Aaron Turner. Ik zou dus direct aan de bak moeten. Ik begin goed aan de wedstrijd en neem een 2-0 voorsprong. Nadat ik een volle beurt op de dubbels mis om 3-0 te maken, weet ik alleen geen dubbel meer te raken. Turner is niet beter, maar profiteert telkenmale van missers van mijn kant. Een frustrerende uitkomst, want daarna had de weg naar (minstens) de laatste 16 compleet open gelegen.

Het chagrijn moest ik de dag erna van me af spelen. Dit keer krijg ik het schema dat ik gisteren had gewild. Ik heb de nodige tijd om me voor te bereiden en kom de eerste twee wedstrijden zonder noemenswaardige problemen door. Daarna tref ik de geplaatste speler aan mijn bord, ditmaal Ben Hazel. Dit werd een bijzonder wisselvallige partij. Ik kom 1-0 voor in een leg die ik eigenlijk niet had mogen winnen en bevestig die break door daarna ook mijn eigen leg te houden. Op 3-1 weet ik het echter niet af te maken en laat ik de Engelsman terug in de wedstrijd. Op 3-3 dreigt er hetzelfde te gebeuren als een dag eerder, maar ik heb nu het geluk dat Hazel het ook niet afmaakt. De opluchting is groot als de dubbel 5 er eindelijk in vliegt.

Een verrassende Italiaan is een ronde later mijn tegenstander. Ik heb eigenlijk weinig van hem te duchten, maar kak zelf zo nu en dan een beetje in. Totaal onnodig laat ik hem in de wedstrijd komen en zelfs 3-3 maken. In de laatste leg mist hij zelfs een matchdart, maar uiteindelijk stel ik orde op zaken. Om vervolgens de kwartfinale te halen zou ik moeten afrekenen met Lakeside-finalist Thibault Tricole. De Fransman begint een stuk beter aan de wedstrijd, maar met hangen en wurgen kan ik bijblijven. Wanneer hij een extra tandje bij zet, is er geen houden meer aan en volgt een terechte nederlaag.

Hoewel er absoluut meer in had gezeten, kijk ik desondanks toch terug op een redelijk geslaagd weekend. Over twee weken staan de World Masters in Assen op de kalender en ik hoop daar goed voor de dag te komen.

Half november is het traditioneel tijd voor het Open Tsjechië in Praag. Een van de leukere toernooien op de tour, maar helaas nog altijd met maar één geranked evenement in het weekend. Op vrijdagavond werd er een warm-up toernooi gespeeld, waarna op zaterdag het echte werk moest beginnen. Op beide toernooien haalde ik de laatste 16.

Na een lange reis van een kleine 10 uur, is het altijd even afwachten hoe de vorm is op een opwarmtoernooi. Ik wilde er hoe dan ook niet al te veel waarde aan hechten. Ik begon wel goed; een tikkeltje wisselvallig, maar mijn sheet kwam ik eenvoudig door. Bij de laatste 32 ging ik al een stuk beter spelen. De ronde erna haperden de dubbels wat, waardoor die partij helaas verloren ging.

Op zaterdag had ik op het oog een redelijk lastig bord, maar een aantal tegenstanders haalden tegen mij niet het niveau dat ik ze eerder op de dag zag halen. Dat kwam deels omdat ik voortdurend druk op ze hield en in bijna alle legs keurig binnen 18 (of minder) pijlen uit was. In de sheetfinale trof ik de Italiaan Francesco Raschini, die me vorig jaar in Italië van Lakeside afhield. Ditmaal was hij minder indrukwekkend dan destijds. Ik hield mijn solide spel vol en won met 4-0.

De wedstrijd erna zou mijn beste van de dag worden, tegen een jonge Hongaar. De Oost-Europeaan begon goed, maar had wat double trouble. Ik had daar weinig last van en kwam op een 3-0 voorsprong. Op dat moment miste ik er zelf echter een paar en nadat de jongeman eenmaal zijn eerste leg te pakken had, was er bijna geen houden meer aan. Op 3-2 mis ik een matchdart op de bull, waardoor er een beslissende leg aan te pas moest komen. Ik mocht beginnen, maar werd scorend overklast. Met mijn tegenstander op 40 na 12 pijlen, rest mij niets anders dan 167 uitgooien. Dat lukte, de jonge Hongaar en zijn entourage verbijsterd achterlatend.

Om een plaats in de kwartfinale af te dwingen zou ik moeten winnen van de Schot Mark Barilli, als eerste geplaatst dit weekend. Ik speel niet meer constant genoeg om het hem echt moeilijk te maken. Ik krijg nog wel een kans om 2-3 te maken en daarmee terug in de wedstrijd te komen, maar ik verlies terecht met 4-1. Desalniettemin kan ik terugkijken op een goed weekend, met solide spel. Dat geeft vertrouwen voor de komende weken.

Het is voor veel ambitieuze darters het belangrijkste evenement van het jaar; de strijd om de PDC Tourkaarten tijdens Q School. Gevreesd door gevallen toppers, gehaat door spelers die het steeds net niet redden en geliefd door managers op zoek naar nieuw talent. Persoonlijk lukte het me niet om een van de gewilde kaarten te bemachtigen. Niettemin kon ik tevreden naar huis terugkeren.

In een ondergesneeuwd Niedernhausen begon de jacht op het kleinood in fase 1B. Vanwege de coronapandemie was het deelnemersveld in twee helften verdeeld. De beste spelers per fase zouden doorstromen naar fase 2, waar ook spelers instroomden die hun Tourkaart zojuist hadden verloren en de topspelers van de Challenge Tour en Development Tour. Een paar overwinningen zou al voldoende zijn, maar ik maakte het mezelf niet makkelijk.

Op de eerste dag won ik mijn openingswedstrijd redelijk eenvoudig. De ronde erna speelde ik erg matig en verloor ik van de Pool Szaganski, die later in de week een Tourkaart zou halen. Op de tweede dag verloor ik mijn eerste wedstrijd van Max de Jong, waardoor alles van de slotdag zou afhangen. Op de derde dag ging ik iets beter spelen en dat was voldoende voor het winnen van twee wedstrijden en daarmee zette ik mezelf op het nippertje hoog genoeg op de ranking om naar fase 2 te gaan.

In fase 2 begon het echte werk pas, want vanaf nu zouden alle dagwinnaars een Tourkaart krijgen en konden er punten voor de eindranking verdiend worden. Elke wedstrijd zou een zware worden en dat bewijst de eerste dag meteen; met Christian Kist tref ik een voormalig Lakeside wereldkampioen en Tourkaarthouder. Ik begin goed, maar ‘vergeet’ de eerste twee legs te winnen. Beide keren krijg ik twee pijlen vanaf 60. Pas bij een 4-0 achterstand weet ik legs te winnen. Met prima legs in 16, 17 en 13 darts kom ik terug in de wedstrijd. Een 14 darter van Kist op 5-3 is me echter te machtig. Het was eigenlijk pas mijn eerste goede wedstrijd van de week en dat smaakte naar meer.

Dat kwam de dag erna, in een spannende en wisselvallige wedstrijd tegen de Portugees José Marquês. Ik kom wederom onnodig op achterstand, met 2-0 en 4-2. De legs die ik win zijn prima, maar ik blijf in andere legs te ver achter. Ik vecht me terug, maar moet wel hier en daar aan matchdart overleven. Bij een 5-4 achterstand gooi ik 87 en 83 uit om de wedstrijd toch naar me toe te trekken. In de ronde erna kom ik wederom met 2-0 achter, ditmaal tegen de Duitser Steffen Siepmann. Dit keer breek ik meteen terug en maak ik 2-2. Een gemiste 12 darter op de bull blijft me hierna iets te lang achtervolgen. Tegen de tijd dat ik weer bij de les ben is het al te laat en verlies ik, in wat mijn beste wedstrijd van de week tot dan toe is, met 6-2. Mijn vriend en kamergenoot Brian Raman zou vandaag de dagwinst halen en verzekert zich zodoende van 2 jaar op het profcircuit.

Op dag drie van de final stage loot ik meervoudig WK-deelnemer Karel Sedlacek uit Tsjechië. We gaan de hele wedstrijd gelijk op. Er zijn veel legs die beide kanten op kunnen gaan, maar we houden elkaar prima in evenwicht. Op 4-4 plaats ik een break, maar die kan ik niet verzilveren. Op 5-5 kom ik net tekort om dat nog eens te doen en zodoende lijdt ik een nipte nederlaag.

Ik had het beste voor het laatst bewaard. Dag vier van de tweede fase en de zevende dag darts op rij tijdens deze marathonweek bracht me wat geluk met de loting. Ik had een bye in de eerste ronde en moest daarna tegen Mario Schulze niet tegen een hoogvlieger. Ik begin uitstekend met legs in 13 en 14 darts. Ik laat daarna de teugels iets te veel vieren, maar met een 15 darter kom ik op 4-2. Daarna is het verzet gebroken en win ik met 6-2. De volgende ronde is al de laatste 32, tegen de Duitser Lukas Wenig. Die heeft op dat moment nog maar 1 overwinning nodig om zijn Tourkaart te halen. Het werd een mooie wedstrijd, die beide kanten op had gekund. Bij een 4-3 achterstand kom ik echt op stoom. Ik win 3 van de laatste 4 legs, met onder andere legs in 13 en 15 darts. Wenig werd tegen het einde van de wedstrijd minder scherp, vermoedelijk begon de spanning hem toch op te breken.

Net als op de eerste dag, eindigt ook de laatste met een wedstrijd tegen een Pool die uiteindelijk een Tourkaart zou bemachtigen: Krzysztof Kciuk speelt een fantastische partij. Ikzelf tot de laatste twee legs ook trouwens. Een groot aantal legs spelen we boven de 100 gemiddeld. Ik kom met 4-0 achter, hoewel ik nauwelijk iets verkeerd doe. Via legs in 14 en 13 darts doe ik nog iets terug, maar daarna ben ik er echt aan voor de moeite. Door de matige legs op het eind kom ik nog uit op iets boven de 87 gemiddeld. Kciuk gooit ruim 96.

Daarmee eindigt voor mij de Q School van 2022. Het was een zware week, waarin mijn niveau elke dag een beetje hoger werd. Dat biedt vertrouwen voor de toekomst en dat is nodig ook: een week later staan de eerste Challenge Tours al op het programma.

Lange tijd stond ik op een positie op de WDF-ranking die me naar Lakeside zou brengen. Echter, in de laatste weken van het seizoen is het me toch door mijn vingers geglipt. Mijn resultaten in die periode waren niet eens zo slecht, maar het gebrek aan positieve uitschieters, hier en daar wat ongelukkige lotingen, thuisspelers die op vervelende momenten geweldige legs gooien en een aantal ongunstige resultaten elders in de wereld, deden mij uiteindelijk de das om. Na toernooien in Hongarije, Ierland en Tsjechië, bleek een laatste inspanning in Italië net te weinig.

We beginnen eind oktober in Hongarije. Na een matig koppeltoernooi (dat had zo zijn redenen, we kwamen pas enkele minuten voor het toernooi begon aan op de locatie), kun je wel stellen dat de loting mij niet zo gunstig gezind was. Op de eerste dag waren er 8 geplaatste spelers, in plaats van de van tevoren aangekondigde 16. In de tweede ronde ontmoet ik uitgerekend John Scott, die anders als negende geplaatst geweest zou zijn. Achteraf is het natuurlijk makkelijk praten, maar de 4-0 nederlaag is behoorlijk geflatteerd. Hij checkt een keer 126 met mij op een dubbel en de leg erna laat ik na om hetzelfde te doen.

De dag erna verliep iets beter, maar ook nu was het geluk niet aan mijn zijde. Waar er bij de laatste 32 nog voldoende relatief zwakke tegenstanders rondlopen, krijg ik lokale favoriet en ervaren rot János Végső. We spelen een uitstekende wedstrijd, waarin hij iets beter begint, maar ik aan weet te haken. Hij was begonnen en dus weet ik op 2-2 dat ik hem ergens in de komende legs moet zien te breken. Dat bleek een onmogelijke opgave. Eerst gooit hij een 11-darter en twee legs later is hij in de beslissende leg in 13 pijlen uit. Ik pak hiermee wel een handvol punten, maar eigenlijk had ik op meer gerekend dit weekend.

Ierland werd dit seizoen mijn meest ongelukkige weekend. Ik kan niet goed inschatten hoe dat komt; het lange reizen (drie en half uur vanaf Dublin), korte nacht (het koppeltoernooi was pas diep in de nacht afgelopen) of misschien gewoon de druk. Het weekend begon nog goed met een plek in de kwartfinale (en een gemiste matchdart om nog verder te komen) op het warm-up toernooi. Behalve een envelop, leverde dat helaas weinig op. Bij de koppels (met Braziliaan Diogo Portela) halen we nog de laatste 32, maar op zaterdagochtend gaat het helemaal mis. In een wedstrijd die ik eigenlijk gemakkelijk zou moeten winnen, valt er opeens niets meer in. Ik verlies in de eerste ronde van het laatste Gold toernooi op de ranking en bewijs mezelf daarmee een zeer slechte dienst. De dag erna herstel ik me nog met een plek bij de laatste 32 (waar ik met zeer matig spel verlies) en zodoende wordt het een teleurstellend weekend.

Het was een mooie wedstrijd op het podium, maar hij viel niet mijn kant op

Na Ierland ben ik ook enkele plekken gezakt op de ranking en een aantal regionale rankings zijn nu gewijzigd, waardoor ik buiten de boot dreig te vallen. In Tsjechië en Italië zal ik echt resultaten moeten gaan boeken. Ik probeer hier tijdens de toernooien niet mee bezig te zijn en ik moet zeggen dat dat me goed lukt. In Tsjechië speel ik wederom een goed opwarmtoernooi, maar ook hier zit de loting niet mee. In de derde ronde tref ik Pero Ljubić, wederom een Oost-Europeaan met ook de nodige PDC-ervaring. Nadat ik me in de beginfase onnodig laat breken, vecht ik me nog wel terug in de wedstrijd. Helaas blijkt het niet voldoende en lijd ik een 4-2 nederlaag.

Het zal dus moeten gebeuren in Italië. Ik probeer weg te blijven van bespiegelingen en rekenwerk, maar ik krijg wel mee dat een plek in de kwartfinale op zaterdag waarschijnlijk voldoende gaat zijn voor plaatsing. In de vroege rondes merk ik voor het eerst dat ik wat last van de druk begin te krijgen. Bij de laatste 64 geef ik twee legs onnodig weg. Daar bleef het bij, dus ik kon me wat gaan ontspannen. Bij de laatste 32 ontdoe ik me in een goede wedstrijd van de Italiaan Brambati. Op dat moment lijk ik een overwinning verwijderd te zijn van Lakeside.

No hard feelings

In de achtste finale speel ik tegen de publiekslieveling Francesco Raschini, die binnenkort de eerste Italiaan op Lakeside gaat worden. Anderhalf jaar eerder verloor ik van hem in Slowakije en ik was erop gebrand dat nu recht te zetten. In de eerste leg mis ik twee pijlen vanaf 56 om te breken. In de leg erna word ik zelf gebroken, waardoor ik in de achtervolging moet. Het kost me veel moeite om consistent goede scores te blijven gooien, maar in veel beurten lukt het me om met een laatste pijl nog een triple te raken. Met een keurige 15-darter in de vierde leg breng ik mezelf terug tot 2-2. Daarna gebeurt er bijna hetzelfde als in Hongarije. Raschini gooit eerst een 11-darter om weer op voorsprong te komen. Nadat ik een zevende leg afdwing, gooit de Italiaan deze in 15 pijlen uit, waardoor ik nooit een echte kans heb gehad om de overwinning op te eisen. De hele wedstrijd is hier (vanaf 11:30) terug te zien.

Een dag later heb ik nog een ultieme kans, maar omdat dit toernooi veel lager geranked is, zal ik waarschijnlijk de finale moeten halen om het nog te redden. Dat lukt niet. In de derde ronde is de sterke Catalaan Santamaria met 4-3 te sterk. Zo eindigt dit bijzondere seizoen, waarin ik heel dichtbij het verwezenlijken van een jeugddroom ben gekomen, toch in mineur. Ik weet dat ik het niet in Italië heb laten liggen. Met name op de Gold toernooien heb ik nauwelijks deepe runs kunnen maken. Het leidde ertoe dat ik te veel boxen van 9 punten had en te weinig uitschieters naar boven. Het bleek in de chaos die er zou volgen (uitstel door corona en wijzigingen in het deelnemersveld, met wat opvallende vervangers) nét te weinig.

Nadat het weekend in Denemarken toch wat in mineur geëindigd was, moest ik de draad weer oppakken met twee belangrijke weekenden op rij. Eerst in Bridlington voor het British Open, een week later stond in Prestatyn het Welsh Open op het programma. De week begon slecht, maar werd langzaam steeds beter.

Door de jaren heen heb ik altijd met het vliegtuig of de kanaaltunnel naar het Verenigd Koninkrijk gereisd. Dit was de eerste keer dat ik, samen met de koppelwinnaars van Denemarken, Moreno Blom en Brian Raman, per boot ging. Na een korte rit van de boot naar onze camping pod (ja, echt waar) in de omgeving van Bridlington, bereidden we ons voor op het koppeltoernooi van vrijdagavond. Ik speelde met de Belg Andy Baetens (die me onlangs in Catalonië nog alle hoeken van het bord had laten zien). In potentie zouden we dus een goed resultaat neer kunnen zetten. Helaas kwam hier in de praktijk niets van terecht. In een wedstrijd die slechts tot twee gewonnen legs gaat, beginnen we dramatisch. De tweede leg is wel goed, maar daarna beginnen we handen vol dubbels te missen. Een nederlaag en vroege uitschakeling is het gevolg.

Het eten in Bridlington was uitstekend

Op zaterdag gaat het niet veel beter. De eerste ronde kom ik nog redelijk eenvoudig door, maar daarna is het snel klaar. Ik speel wederom niet goed en verlies zodra ik een beetje serieus tegenstand krijg. Op zondag gaat het een klein beetje beter. De eerste twee rondes kom ik nu door, waar ik met name die tweede partij al iets beter spel laat zien. In de ronde erna verlies ik, ditmaal wel in een goede wedstrijd, met 4-2 van Connor Scutt. Ik had nog nooit van deze Engelsman gehoord, maar hij speelde uitstekend. Ik mis helaas een kans om 3-2 voor te komen en moet dat duur bekopen. Scutt zou uiteindelijk de finale halen, zich plaatsen voor Lakeside en een paar maanden later zelfs een PDC Tour Card bemachtigen. Voor mij rest, net als in Denemarken, een handje vol punten voor het bereiken van de laatste 64. Het stemt me heel licht tevreden.

Daarna volgde een wondere week, waarin ik vanuit de kantine van onze camping probeerde te werken. Moreno en Brian vermaakten zich door elkaar en vooral ook mij te vervelen. Hoewel we veel gelachen hebben, waren we blij dat we onze kleine pod konden verlaten en op donderdag op weg konden naar Wales. Het vakantiepark Pontins, waar het Welsh Open gehouden wordt, lijkt nog het meeste op een vervallen legerterrein. Dan ben ik nog vriendelijk, want onder veel darters heeft dit complex naardere bijnamen.

Op donderdagavond stond er een warm-up toernooi op de planning. Daar kondigde mijn terugkerende vorm zich al aan. Ik kwam een aantal ronden goed door en mijn spel werd steeds beter. Aan het einde van de avond was de koek op en verloor ik wat ongelukkig. Het nam het goede gevoel gelukkig niet weg.

Op vrijdag begon ik wat wisselvallig aan het eerste rankingtoernooi. Ik had het geluk dat de loting best goed was, dus ik kon goed in mijn spel komen. Ik moest wel bij de les blijven, want fouten werden wel afgestraft. Zonder noemenswaardige problemen bereikte ik de laatste 64, waarna ik met een sterke wedstrijd doordrong tot de laatste 32.

Met een beetje creativiteit kom je een heel eind

Ik trof de Engelsman Kyle Richardson, een uitstekende speler, met name scorend. Ik heb dan ook moeite om hem bij te houden, maar aan het einde van de legs maak ik veel goed. Hij heeft de nodige kansen gehad om mij te breken, als we op 2-2 komen. Nadat hij opnieuw een kansje onbenut laat, check ik 68 om zelf een break te plaatsen. In de leg erna weet ik die helaas niet te verzilveren. Ik mis vanaf 112 en daarna nog een volle beurt om de wedstrijd in het slot te gooien. De Engelsman straft dit nu wel af en wint daarna ook zijn eigen leg. Ik eindig de dag daardoor toch enigszins in mineur.

’s Avonds was er nog een koppeltoernooi. Ik speelde met een locale Welshman die ik tegengekomen was. Hij speelde redelijk en ik was zelf ook niet geweldig. De eerste paar ronden kwamen we nog door, maar zodra er serieuze tegenstand kwam, verloren we. Het mocht de pret niet drukken.

De laatste dag werd het hoogst gerankte (gold) toernooi gespeeld. Ook deze dag begon goed. In de derde ronde heb ik nog wat moeite om de beslissende break binnen te halen, maar al met al verloopt het vrij soepel. Bij de laatste 64 speel ik een van mijn beste wedstrijden van de week, met een gemiddelde van boven de 90.

Bij de laatste 32 zou het eindigen, tegen de ervaren Engelsman James Richardson (geen familie van Kyle). In de eerste leg mis ik een pijl vanaf 170 om te breken en dat heeft me de rest van de wedstrijd parten gespeeld. Bij een 2-0 achterstand lijk ik nog even terug in de wedstrijd te kunnen komen, maar Richardson is in deze wedstrijd simpelweg een maatje te groot. Geen schande. De punten die ik dit weekend gepakt heb komen zeer goed van pas en ik heb inmiddels bijna al mijn boxen gevuld. Hier en daar een upgrade zou echter wel fijn zijn, maar vooralsnog sta ik er uitstekend voor om mijn debuut op Lakeside te gaan maken.

Na een paar weken van relatieve rust, ging de WDF ranking verder met twee open toernooien in Denemarken. Tijdens het koppeltoernooi op vrijdagavond werden Sergio Krassen en ik samen tweede. Een succes dat helaas niet echt vervolg kreeg in de dagen erna.

Het niveau in de finale was prima

Na een lange dag reizen en de nodige vertraging bij het binnenkomen van het gehuurde huisje (de sleutel was niet aanwezig), vertrokken Brian Raman (die koppelde met de eerder aangekomen Moreno Blom), Sergio en ik naar de speellocatie. Sergio en ik hadden geen al te hoge verwachtingen, maar we gingen proberen om zo ver mogelijk te komen. De eerste ronde doorkomen zou al een hele opgave worden, tegen Andreas Harrysson. Met name Sergio begint sterk aan de wedstrijd en mede daardoor blijven we goed bij. Een goed getimede 134 score (vanaf 166) zorgt ervoor dat we direct kunnen breken. Deze eerste klap blijkt een daalder waard, want dit initiatief geven we niet meer uit handen en we winnen met 3-0.

In de rondes erna hebben we aanmerkelijk minder problemen. Deze komen we zonder noemenswaardige problemen door, al zit daar wel een bijzonder matige partij tussen bij de laatste 32 (waar volgens Sergio niet meer over gesproken dient te worden). Onze wedstrijd bij de laatste 16 werd op het hoofdpodium gespeeld. Wij treffen daarin onder andere de sterke Duitser Lukas Wenig. We komen deze wedstrijd voor het eerst op achterstand, maar met het nodige kunst- en vliegwerk trekken we de stand weer gelijk. In de derde leg raak ik de bull voor een 81 finish en een break. Die geven we niet meer uit handen, waardoor we ons mogen melden in de kwartfinale.

Daarin spelen we tegen de Nederlander Erik van Manen, die een koppel vormt met de Engelsman John Scott. Scott zat me een paar jaar geleden al eens pijnlijk dwars in Denemarken, maar dat gebeurde ditmaal niet. Deze wedstrijd is het Sergio die ijzersterk finisht, met een heerlijke 96 met onze tegenstanders op een dubbel. Middels een 3-0 overwinning plaatsen we ons voor de halve finale. Ook deze verloopt voorspoedig. Ik raak opnieuw de bull, ditmaal voor een 119 finish, wat een opmaat werd voor opnieuw een 3-0 zege.

Verlies in de koppelfinale mocht de pret niet drukken

In de finale treffen we onze Belgische reisgenoot Brian en Moreno. Het werd een heerlijke wedstrijd. We hadden even nodig om goed in de wedstrijd te komen, maar vanaf de tweede leg vallen de triples gemakkelijk. Het lage gemiddelde van de derde leg vertekent enigszins, omdat Brian en Moreno snel wegliepen en toen wij de leg al aan de wetenschap gedoneerd hadden, toen zij de nodige dubbels gingen missen. De vierde leg halen we in 13 pijlen binnen en vervolgens gaan de twee daaropvolgende legs ook weer met de darts mee. De zevende leg zou beslissend worden. Hierin doen we eigenlijk alles goed, maar hebben we de pech dat we hem niet mochten beginnen. Na tweemaal 140 en een keer 100, staan we na 9 pijlen op 121. Brian laat 24 staan, door vanaf 204 een maximale score te gooien. Op 121 begin ik met een triple, maar neem ik te veel risico door een triple 11 te willen raken. Het resultaat is een pijl in de 14 en er rest mij niets anders dan Sergio op dubbel 16 te zetten en te hopen dat hij nog een kans krijgt. Dat is niet het geval en we moeten tevreden zijn met een tweede plaats.

Op zaterdag heb ik een lastige loting voor het bereiken van de laatste 64. De eerste ronde kom ik nog gemakkelijk door, maar bij de laatste 128 tref ik de ervaren Engelsman Tony Martin. Martin breekt mij meteen in de eerste leg, maar ik recht mijn rug en met twee goede legs maak ik de achterstand weer ongedaan. Martin reageert door zijn eigen leg in 11 pijlen te houden, waarna ook ik de door mijzelf begonnen leg binnen sleep. In de zesde leg krijgt de Engelsman een kans om een decider af te dwingen, maar zijn poging vanaf 64 is niet succesvol. Ik profiteer door 105 uit te gooien en boek hiermee een fraaie overwinning.

Daarna is het helaas snel voorbij. Ik had nog nooit van de Schot Shaun McDonald gehoord, maar dat zou niet lang zo blijven. McDonald verslaat me met 4-0 in legs van 15, 16, 15 en 13 darts. De Schot strandt uiteindelijk in de kwartfinales.

Ook de zondag duurt helaas niet al te lang. In mijn eerste wedstrijd heb ik al moeite om mijn niveau te halen. Ik win wel met 4-1, maar daar is ook alles wel mee gezegd. In de ronde erna speel ik tegen een mij onbekende Deen, maar die blijkt uitstekend te kunnen gooien. Ik moet alle zeilen bijzetten om in de buurt te kunnen blijven en dat gaat niet heel lang goed. Mijn eerste eigen leg hou ik nog in 15 pijlen, maar de tweede keer lukt dat niet. Nadat ik na 12 darts op 32 sta, krijg ik die niet weggepoetst. Mijn opponent gooit hierop 144 uit, wat het breekpunt in de wedstrijd was. Ik verlies met 4-1, alhoewel het verschil dus maar een break was.

Met het resultaat op zaterdag heb ik een handvol punten gesprokkeld op weg naar Lakeside, maar al met al overheerst toch wel de teleurstelling dat ik mijn niveau van de koppels niet door kon trekken. Binnenkort een nieuwe kans in het Verenigd Koninkrijk.

Het beloofden drukke maanden te gaan worden; een week na Catalonië stonden het England Open en England Classic in Selsey alweer op het programma. Een onverdeeld succes werd het echter niet. Het lukt me alleen om een paar punten te schrapen op het England Open, wat uiteindelijk gewonnen werd door mijn vriend en reisgenoot Brian Raman.

Winnaar van het England Open: Brian Raman

De England Classic werd al op vrijdagavond afgewerkt. We hadden daarom de nodige haast om de kanaaltunnel door te komen en Selsey te bereiken. Nadat de vriendelijke doch lang van stof zijnde dame van onze B&B ons met rust liet, waren we op tijd op de speellocatie voor een fatsoenlijke voorbereiding. Ik speelde tegen de van de Faeröer Eilanden afkomstige John Imrie. Dit blijkt een uitstekende speler en de wedstrijd gaat zeer gelijk op. Ik mis twee darts om te breken en met 2-0 voor te komen en dat bleek achteraf cruciaal. Er moet een beslissende zevende leg aan te pas komen. Ik mis hierin een dart vanaf 76 en Imrie laat de kans om te winnen niet voorbij gaan.

Op naar de zaterdag dan. Ik begin goed aan de dag en haal zonder noemenswaardige problemen de laatste 128. Daar wacht een Engelsman die in zijn vorige ronde veel indruk op me gemaakt had. In de eerste paar legs overklast hij me. Het lukt hem alleen steeds net niet om me te breken. Dubbel 19 blijkt mijn beste vriend in deze fase; ik weet het vakje twee maal te raken. Daarna kom ik er beter in en slaag ik er zelfs in hem te breken met een 124 finish. De Engelsman slaat terug met een ijzersterke leg. De zevende en laatste leg is zenuwachtig van beide kanten. Nadat ik blunder vanaf 52 door geen pijl op een dubbel te krijgen, ga ik ervan uit dat de wedstrijd verloren is. Tot mijn grote verbazing mist hij en win ik de wedstrijd alsnog.

De ronde erna tref ik opnieuw een mij onbekende Engelsman. Scorend zijn we gelijkwaardig aan elkaar, maar de jongeman laat helemaal niets voor mij liggen. Elke leg kom ik net iets te kort en zo sta ik elke keer op een dubbel te wachten, terwijl hij uitgooit. Dan staat er aan het einde van de wedstrijd 4-0 op het bord, maar dat was niet helemaal een correcte afspiegeling van het krachtsverschil.

Tijdens het lange wachten op zondag, had ik wat tijd over om nieuwe vrienden te maken

’s Avonds stond nog het mixed fours toernooi op het programma met Anca Zijlstra, Nick Crouwel en John Scott. We speelden redelijk en hebben ontzettend veel lol met elkaar gehad (ook wat waard). Uiteindelijk strandde het schip in de kwartfinale, maar dat was slechts bijzaak. De dag erna speelde ik nog het koppeltoernooi met Brian Raman. Brian wist al dat hij later op de dag nog de podiumwedstrijden van de singletoernooien moest spelen, dus golden de koppels vooral als voorbereiding. Ik speelde zeer matig en we verloren in de derde ronde.

Brian zou later die avond tweede worden op de England Classic en het England Open won hij zelfs. Hiermee verzekerde hij zich direct van een plek op Lakeside en en passant nam hij de eerste plaats op de WDF-ranking over. Zelf pak ik 9 punten en daarmee blijf ik virtueel in de race voor kwalificatie. Toch is er nog een hoop werk aan de winkel om het daadwerkelijk te halen.

Overigens was het nog spannend op thuis te komen. In mijn planning had ik geen rekening gehouden met een lange zondag en eigenlijk waren we te laat om onze trein terug te halen. Gelukkig konden we zonder problemen omboeken naar een trein die (letterlijk) midden in de nacht ging. We zijn veilig thuis gekomen.

Aanvankelijk stond het weekend in Calella begin september niet op mijn planning. De twee toernooien in categorie Bronze stonden niet in verhouding tot de status van het Dutch Open (Platinum), dat in hetzelfde weekend gepland stond. Toen dat laatste toernooi alsnog werd afgelast, besloot ik dan toch maar naar Spanje af te reizen, om mijn campagne richting Lakeside 2022 af te trappen. Het zou een prima begin worden.

Opluchting en blijdschap na een zwaarbevochten overwinning

Nu had ik vrijdag nog de nodige privé-afspraken staan, die niet verzet konden worden. Hierdoor kon ik pas in de avond naar Barcelona vliegen, om van daaruit door te reizen. Een korte nacht en brakke ochtend waren het gevolg. Daar heb ik tijdens mijn eerste paar wedstrijden weinig last van. Tot aan de bordfinale kom ik mijn wedstrijden gemakkelijk door.

Quique bleek prima te kunnen darten

Bij de laatste 32 lag dat anders. Ik tref een Spanjaard genaamd Quique. Dit bleek een uitstekende speler, getuige ook het feit dat hij in de derde leg mocht aanleggen voor een 9-darter.

Ik speel zelf ook erg sterk en in de beslissende zevende leg trek ik aan het langste eind. Daarna is de koek echt op. Het late reizen, het hete weer en het gebrek aan eten (ik kreeg geen hap meer weg), zorgde ervoor dat ik tegen de Nederlander Erik van Rijswijk geen vuist kan maken. Ik ben na deze wedstrijd dan ook zo snel mogelijk wat rust gaan pakken, om klaar te zijn voor de volgende dag.

De zondag verloopt eigenlijk een beetje hetzelfde als de zaterdag; de eerste rondes worden eenvoudig gewonnen en ditmaal krijg ik het pas bij de laatste 16 echt lastig. Tegen de Nederlander Ricardo Ham kom ik in de eerste paar legs goed weg en neem ik een 3-0 voorsprong. Hij komt echter terug en op 3-3 lijkt het de verkeerde kant op te vallen. Met een laatste inspanning weet ik 158 terug te brengen tot 24, waarna Ham een pijl op de bullseye mist. 24 gaat uit en zo plaats ik me voor de kwartfinale.

Daarin speel ik tegen de winnaar van de dag ervoor en de als vierde geplaatste (ik ben zelf als vijfde ingeschaald) Andy Baetens. De Belg speelde werkelijk fantastisch en daar was dan ook niets tegenin te brengen. Hoewel ik zelf ook weinig verkeerd doe (ik mis in mijn eigen legs beide keren een pijl voor een 15 darter), ga ik er met 4-0 vanaf. Baetens zou ook vandaag het toernooi uiteindelijk winnen.

Het weekend levert me uiteindelijk 17 punten op voor de ranking, waarmee ik virtueel op een Lakeside-plek terechtkom. Om dat vast te houden, zijn er nog wel wat meer goede resultaten nodig, met name op de Gold-toernooien. Op naar Selsey!